Gesprekstraining (IMS-M4-01-NL)
Doelstellingen
- Het ondersteunen van studenten bij het leren voeren van een goed gesprek met hun klasgenoten.
- Het leren van de rollen van moderators en gespreksdeelnemers.
- Het leren om iedereen gelijkwaardig aan het gesprek te laten deelnemen, zonder de discussies te overheersen
Doelgroepen
- Eerstelijners
Beschrijving
- Verdeel de studenten in kleine groepen van vijf of zes studenten. In elke groep wordt één student aangewezen als gespreksleider. Deze rol kan na elke ronde van de activiteit worden gewisseld, zodat elke student deelneemt aan de activiteit.
- De moderator ontvangt een stapel kaarten met daarop uitspraken. Deze uitspraken kunnen betrekking hebben op (a) een onderwerp dat de docent momenteel onderwijst, (b) een kwestie die momenteel speelt op school of in de klas, of (c) onderwerpen waarover de studenten zelf een gesprek willen voeren (de docent kan hier van tevoren naar vragen). Deze uitspraken moeten van tevoren worden voorbereid.
- Elke student die deelneemt aan de groep krijgt een stapel kaarten met reacties erop, zoals "Ik ben het ermee eens, omdat..." of "Ik vind dit niet leuk, omdat..."
- De moderator bekijkt de stapel kaarten met uitspraken en kiest een uitspraak uit waarover hij met de groep wil discussiëren. De moderator leest de uitspraak hardop voor en plaatst de kaart in het midden zodat iedereen deze kan lezen.
- De andere groepsleden krijgen vervolgens de tijd om na te denken over de uitspraak en een reactiekaart te kiezen die het beste past bij hun standpunt. De moderator geeft het woord aan degenen die willen spreken. Hij moet erop letten dat iedereen de kans krijgt om te spreken en dat niemand het gesprek domineert.
- Andere studenten kunnen hun kaarten "wat denk jij?" of "waarom denk je dat?" gebruiken om verdere reacties of uitleg van hun medestudenten uit te lokken. Dit helpt bij het verplaatsen van de richting naar een andere student in de groep die dan kan ingaan op zijn antwoord.
- Elke discussieronde (over één uitspraak) zou ongeveer 10 minuten moeten duren. Dan is het tijd om de rol van moderator aan een andere student over te dragen en een nieuwe discussie te beginnen aan de hand van een nieuwe uitspraak.
Materiaal
- Uitsprakenkaarten (door de docent voor te bereiden), printen voor elke groep studenten
- Reactiekaarten (verstrekt in hand-outs), printen voor elke student
Methodes
- Discussie
Advies voor begeleiders
Bereid de kaarten met de uitspraken voor die de groepsgesprekken zullen voeden. Het is naar schatting voldoende om 6 tot 8 uitspraken te hebben. U kunt de uitspraken baseren op een onderwerp dat u momenteel onderwijst, een kwestie die momenteel speelt op school of in de klas, of op onderwerpen waarover de studenten willen discussiëren. Print en knip de stapel kaarten uit hetzelfde aantal keren als er groepen studenten zijn die deelnemen aan de activiteit.
Monitor de groepen en let erop dat ook de meer stille studenten de kans krijgen om iets te zeggen in de discussies.
Handouts
Calendar
Announcements
- - There are no announcements -